Zoals zovele schutterijen in ons Limburgse land draagt onze schutterij de naam van de H. Sebastiaan van Rome.

Sebastiaan was, volgens de overlevering, een soldaat van de Preatoriaanse Garde, en dus een lijfwacht van de Romeinse keizer.

Hij beleed in het geheim het christendom, wat in die tijd, onder Keizer Diocletianus en Maximilianus, streng verboden was. Christenen werden massaal vervolgd, en daarom zweeg Sebastiaan over zijn geloof, om zijn hoge positie aan het hof niet kwijt te raken en om niet te worden vervolgd.

Zijn geheim lekte echter uit, en de Keizer gaf het bevel hem op het marsveld aan een boom te binden en met pijlen te doden.

Aldus geschiedde. Sebastiaan werd met pijlen doorboord, en vervolgens voor dood achtergelaten. In de nacht kwam een vrouw, Irene, hem bezoeken. Zij ontdekte dat Sebastiaan niet dood was, nam hem mee naar haar huis en verzorgde zijn wonden.

Toen Sebastiaan genezen was, ging hij terug naar de keizer en verweet hem de wreedheid tegen de Christenen. De Keizer liet hem opnieuw arresteren en martelen, dit keer werd hij met knuppels doodgeslagen op de renbaan. Hij werd in de nacht begraven in de catacomben van Rome, dichtbij het graf van de H. Apostelen. Zijn verering werd in de loop der eeuwen zo groot, dat hij, na St. Petrus en St. Paulus, uitgeroepen werd tot 3e stadspatroon van Rome.

Heden ten dage staat Sebastiaan symbool voor allerlei zaken;

De pijlen waarmee hij werd doorboord staan symbool voor de pest, wat Sebastiaan één van de Pestheiligen maakt.

Verder is hij één van de 14 noodhelpers, een groep Heiligen die worden aangeroepen in geval van nood of rampspoed.

Sebastiaan (of Sebastianus) is schutspatroon van schutterijen, gilden, soldaten, jagers en oorlogsinvaliden. Zijn feestdag is op 20 januari.